Soms komen mensen enthousiast vertellen dat ze met infraroodheaters heel duurzaam bezig zijn en van het gas los. Als het even wil, vertellen ze ook nog dat ze zonnepanelen hebben om in de energie te voorzien. Wat de reden is waarom mensen het doen, ongetwijfeld met de beste bedoelingen, is mij niet duidelijk. Infraroodheaters is niets anders dan elektrisch verwarmen en exact gelijk aan elektrische kacheltjes qua verbruik. Om een idee te geven, in mijn woning zijn we redelijk zuinig met energie en gebruikten 900 m3 aardgas per jaar dit komt ongeveer overeen met ca. 9000 kWh per jaar voor verwarming. Daarnaast gebruikten we ook nog ca. 4000 kWh aan elektra voor huishoudelijk gebruik, incl. koken.
Wil je dit met gewone groene stroom doen dan kost het 13000 kWh x € 0,51/ kWh = € 6630 per jaar = €552 per maand. Wil je dit met zonnepanelen compenseren dan heb je > 43 zonnepanelen nodig. (300 kWh/jaar per paneel)
Er zijn echter situaties dat elektrisch verwarmen toch rendabel kan zijn, bijvoorbeeld in ruimtes die sporadisch worden gebruikt.
Een variant hierop zijn de nano-infrarood-panelen. Hoewel men dat hier en daar suggereert, heeft het niets te maken met nanotechnologie. In plaats van heel hete infraroodpanelen, maakt men gebruik van lagere temperaturen (65°C). Niets nieuws onder de zon. Men heeft dan meer panelen (groter oppervlak) en de warmte is iets beter verdeeld. Toch is er een nadeel. Als panelen relatief klein zijn ten opzichte van het oppervlak, dan is er zogenaamde schaduwwerking. Vergelijk deze panelen met een TL- balk, als er schaduw is, is er geen verwarming. Bij wandverwarming is er ook een een temperatuur tot 35 graden, de oppervlakte is daar aanmerkelijk groter. Men is dan omringd met een “warme deken”. Mijns inziens is dit een nieuwe benaming om mensen over te halen om dit spul te kopen. Het is in aanschaf zeker goed betaalbaar maar de maandelijkse kosten zijn zeer hoog. Het heeft niets met energieneutraal te maken en milieuvriendelijk is het ook niet als je geen groene stroom neemt. Nul op de meter lukt in verreweg de meeste situaties niet.
Heel bedenkelijk (gevaarlijk) vond ik het artikel in de krant van iemand die infraroodheaters in het plafond heeft met een spanplafond. Als een heater zijn warmte niet kwijt kan, loopt de temperatuur op. Ofwel het spanplafond zakt uit (het is een plastic) ofwel het vliegt in de hens. Nooit doen dus.
Een interessant artikel over infrarood panelen:
Infrarood panelen (IR panelen) kunnen een goede keuze zijn als bijverwarming in de woonkamer en in ruimtes die je weinig gebruikt. Als hoofdverwarming zijn infraroodpanelen minder geschikt, behalve als je woning heel goed geïsoleerd is.
Werking infrarood panelen:
Infrarood panelen werken anders dan een ‘gewone’ cv-verwarming, die de lucht in de hele ruimte verwarmt (convectieverwarming) middels radiatoren.
IR-panelen zet je neer of hang je aan de muur of het plafond. Ze geven stralingswarmte af naar een bepaalde plek in de kamer (bijvoorbeeld je werktafel of de zithoek). Zit je in het gebied waarin de stralingswarmte werkzaam is, dan voelt dat comfortabel, ook al is de luchttemperatuur om je heen lager. Maar als je bij het warmtepaneel wegloopt, is de warmte ook weg. Dat geldt voor bijverwarming. In een zeer goed geïsoleerde woning is volledige verwarming met infraroodpanelen mogelijk doordat infraroodpanelen ook meubels, vloer en wanden verwarmen en daarmee indirect ook de lucht. De werkzame afstand van een infraroodpaneel heeft direct te maken met de oppervlaktetemperatuur. Daarin is echter een groot kwaliteitsverschil aanwezig.
“normale” bedrijfstemperaturen voor IR panelen zijn 100-130°C. Bij die oppervlakte temperatuur is de werkzame afstand ca 3,0 m.
Er zijn een aantal redenen waarom ik geen voorstander ben van infraroodpanelen als hoofdverwarming:
Er ontstaat stralingstemperatuurasymmetrie in de ruimte.
o Warm plafond
o Koude wand of raam
o Koude plafond
o Warme wand
Wat is stralingstemperatuurasymmetrie? Als mensen in een ruimte aanwezig zijn met grote verschillen in de stralingstemperatuur in verschillende richtingen dan ontstaat stralingstemperatuurasymmetrie
VABI onderkent bij de berekeningen De stralingstemperatuur van elke zijde van de comfort kubus wordt ook gebruikt om de stralingsasymmetrie te bepalen. Van stralingsasymmetrie zijn er 4 soorten:
Grafische weergave van stralingstemperatuurasymmetrie en het aantal ontevredenen.
(bron: Vabi elements. Gebouwsimulatie artikel Stralingsasymmetrie weergeven in tabellen. 7 augustus 2022)
Toelichting op de figuur:
Op de onderste as staat de verschil in de stralingstemperaturen lopend van 0 K (Kelvin) tot 25 K. Als het verschil groter wordt tussen de stralingstemperaturen dan neemt het aantal ontevredenen toe. Noot: een verschil van 1 K = 1°C.
Met name een warm plafond zoals in het voorstel aan Zevenhek) geeft al snel een groot percentage ontevredenen.
Montage tegen een wand geeft het laagste percentage ontevreden.
- De luchttemperatuur in de ruimten wordt lager waardoor de relatieve luchtvochtigheid stijgt.
- Als de r.v. hoger wordt dan 70% dan zal spontaan schimmel ontstaan in de ruimte.
Grafische weergave van gevolgen voor de relatieve luchtvochtigheid wanneer de luchttemperatuur daalt.
Toelichting op de grafiek
o Bij een luchttemperatuur van 19°C en een RH van 50% dan is er ca. 8 g/m³ waterdamp in de lucht aanwezig.
o Als de temperatuur daalt dan is de RH van de lucht 70% bij een luchttemperatuur van 13°C
De hoeveelheid waterdamp in de lucht verandert niet.
o Als de temperatuur van de lucht nog verder daalt tot RH = 100% dan is dat bij een temperatuur van 8,5°C
o Als schimmels al aanwezig zijn (geweest) dan is het risico dat deze door ontwikkelen al aanwezig bij een RH van 60%, dit komt overeen met een temperatuur van 15,5 °C